Kop: WITTE FIETSEN EN KRENTEN TEGEN STAAT EN HEERSERS Interview met Roel van Duijn, één van de oprichters van de Hollandse Provo, brutale revolutionairen die betreffend land tot het meest "leefbare" van Europa heeft gemaakt. Wat zou er in Italië gebeurd kunnen zijn als in 1965, in volle economische groei, wachtende op de landing op de maan, terwijl elke dag 600 Fiat500 auto's worden geproduceerd, terwijl men het schiereiland bedekt met strepen cement, autostrada genoemd (sommige ervan tot vandaag nog incompleet), de familie Agnelli op hun toppunt van succes, terwijl de Caroselli (italiaans televisiereclame shows) vertellen hoe ons nieuwe leven eruit moet zien; wat zou er gebeurd zijn als iemand gezegd zou hebben: "Het leven met een fiets is veel maar veel sexier"? Het waren Nederlanders, het was 1965, het waren jongens tussen de 18 en 20 jaar en ze geloofden het echt. Ze hadden slechts een fiets als wapen en gezeten op een fiets hebben zij, de Provo's, de provocateurs, de geschiedenis van Holland veranderd en de cultuur van Holland opnieuw gedefinieerd, getransformeerd in deze zoals wij die vandaag kennen: een sterke ecologisch bewuste maatschappij, open en tolerant. Zou het alleen gebeurd kunnen zijn in Amsterdam? Roel van Duijn was één van die brutale jongens, één van de grondleggers van de Provo; vandaag een politicus, schrijver en gevoelige consulent van gebroken harten. Vraag: Denkt u dat dit soort van verandering is bewerkstelligd omdat het het juiste moment was of omdat het de juiste plek was? Antwoord: Amsterdam was een goede plek ook al waren er zeker andere betere steden. 1965 Was ook een goed moment, maar er was de Koude Oorlog met de angst voor de communisten, de paranoia en bovenal de angst - deze keer gegrond - voor de oorlog. Daarom toen wij met de Provo's happenings hielden en proclameerden dat Amsterdam het magisch centrum was, kwam het niet omdat het moment of de plek anticipeerde op succes. Integendeel. In het begin was de druk en de haat tegen ons enorm: de mensen vroegen erom ons op te sluiten in concentratiekampen, de kranten noemden ons . Het was alleen omdat wij ironie en provocatie als wapens hebben gebruikt dat het ons op de één of ander manier gelukt is - en daarna waren wij verbaasd van ons succes. Vraag: Welke is volgens u de krachtigste actie van de Provo's? Antwoord: Krenten uitdelen in de straten, in een moment waarin happenings in Amsterdam verboden waren. We hebben gekozen voor de krent, want in het Nederlands zegt men "krent" en komt van Korintië, de plek waar de apostel Paulus predikte dat liefde het hoogste goed is van de mens. Toen wij de krenten hebben uitgedeeld aan passanten op straat werden we meteen door de politie gearresteerd: ze waren er zeker van dat dit een happening was, ze begrepen niet dat het pure liefde was! Terwijl we in de gevangenis zaten op beschuldiging van het houden van een happening moesten de Amsterdammers vreselijk lachen om deze absurde actie van de politie. Uiteindelijk hebben ze ons vrij moeten laten. Toen heeft het gemeentebestuur besloten dat happenings in de stad Amsterdam getolereerd moeten worden en de politie er niet tussen moest komen. Vraag: Waar botsten jullie tegenop? Antwoord: Tegen het blinde autoritarisme. Tegen de macht van de Staat en tegen de heersers. Tegen een cultuur van ongebreideld consumentisme. Wij hebben gevochten en gewaakt tegen een toekomst van consument slaven, de mensen van morgen. Vraag: Vandaag de dag waarin herkent u een evolutie in uw methode om verandering te provoceren? Antwoord: Vandaag zie ik, tenminste in Holland, meer democratie in vergelijking met de jaren 60, meer vrijheid. In de jaren 60 ben ik vaak gearresteerd en gevangen gezet. Omdat ik "provoceerde", ik heb met de Provo's ook nooit geweld gebruikt. We waren anarchisten zonder gewelddadig te zijn. Ik bespeur levendig het gebruik van geweld, ook vandaag bijvoorbeeld van de anarchistische kant in Griekenland. Wij gooiden alleen met gekleurde rook als een satire op geweld. Vandaag zie ik dat er mensen zijn, meer dan toen, die begrijpen dat de natuur en het milieu in gevaar zijn en dat we deze moeten beschermen door onze leefstijl te veranderen. De fiets gebruiken als symbool, en organisch voedsel produceren en minder vlees. De mensen begrijpen ook dat nucleaire energie en de atoombom een bedreiging is voor de mensheid en dat we moeten vechten tegen deze gevaren. Vraag: Waar houdt u zich op dit moment mee bezig? Antwoord: Ik houd mij bezig met het analyseren van het werk van de geheime diensten. Vandaag de dag hebben ze meer macht dan ooit. Wij moeten ze controleren. Dat is nu het thema van mijn politieke werk, vanaf dat ik ontdekt heb dat de Hollandse geheime dienst mij gedurende circa 30 jaar heeft gevolgd. Ze behandelden mij als een gevaarlijke geweldpleger, ondanks mijn werkelijke acties en woorden. Ik heb een autobiografie geschreven gebaseerd op circa 1500 geheime dossierstukken, geschreven door spionnen die mij volgden. Deze dossierstukken heb ik gekregen na een rechtszaak te hebben gewonnen, speciaal aangespannen om alle documenten die mij betreffen te verkrijgen. Mijn autobiografie heet Diepvriesfiguur ( "Diep gevroren figuur") want ik had ontdekt dat de geheime dienst mij in 1967 op een lijst heeft gezet van mensen die "ingevroren" moeten worden op het moment dat er een revolutie zou losbarsten. (ch.pazzaglia@gmail.com)